‘We zitten nu in de afrondingsfase van het inpassend ontwerp. Het basisontwerp is in het inpassend ontwerp verder uitgewerkt en ingepast in het landschap’, vertelt Vermeij. De volgende stap is dat we de effecten van de weg op de omgeving gaan bepalen. ‘Produceert de weg bijvoorbeeld niet te veel geluid? Wat zijn de effecten op de waterhuishouding in het gebied?’ Die onderzoeken duren een paar maanden. ‘Als er uit deze onderzoeken grote effecten blijken, moeten we maatregelen nemen. Die maatregelen verwerken we in het integraal inpassend ontwerp.’
Veldonderzoek
De voorbereidingen voor de effectonderzoeken zijn al in volle gang. Vermeij: ‘Op dit moment doen ecologen informatie- en veldonderzoek naar beschermde planten en dieren in het gebied. Je kunt het effect van de weg op de soorten immers niet meten als je niet precies weet welke dieren en planten er in het gebied leven.’
Vormgevings- en Inpassingsplan
Het veldonderzoek is niet het enige dat op dit moment al loopt: ‘We werken nu ook al aan het Vormgevings- en Inpassingsplan (VIP). Dat plan gaat over de inpassing van de weg in het landschap en de ruimtelijke vormgeving van bijvoorbeeld viaducten. Hoe pas je de ingrepen aan de weg, geluidsschermen en waterpartijen zo goed mogelijk in het landschap in?’
Project-m.e.r.
‘Met de effectonderzoeken werken we toe naar het project-m.e.r.’, legt Vermeij uit. MER staat voor milieueffectrapportage. In deze rapportage worden straks de milieueffecten van de nieuwe weg beschreven. ‘Het project-m.e.r. en het Vormgevings- en Inpassingsplan gebruiken we als onderbouwing voor het ontwerptracébesluit.’ Als het ontwerptracébesluit af is, bevat het dus het uitgewerkte ontwerp van de weg, inclusief de benodigde maatregelen om de milieueffecten binnen de wettelijke normen te houden. Belanghebbenden kunnen vervolgens op zowel het ontwerptracébesluit als op het project-m.e.r. zienswijzen indienen.